Connectoren plaatsen
Op beide eindes van de kabel moet natuurlijk een connector komen om de kabel met je netwerkkaart of hub/switch/... te kunnen verbinden. Zo'n kabel wordt een "user-cord" (gebruikerssnoer) genoemd.
Een user-cord is dus het stukje kabel dat vanuit je computer vertrekt.
Kabel kopen of zelf maken?
Om zelf kabel te maken heb een een speciale tang nodig. Een degelijke tang kan wel 50+ Euro kosten! Als je een tang in de winkel kan kopen voor een fractie van deze prijs, laat deze dan links liggen want ze is niet veel waard.
Je kan ze natuurlijk toch kopen omdat deze voor jou geen kritisch werktuig is, maar kom niet klagen dat je kabels niet werken!
Goedkope tangen hebben moeite om alle draadjes vast te zetten, het kan voorkomen dat de draadjes aan de uiteinden van de connector vast zitten, maar de draadjes meer naar het midden niet. Dit zal zeker en vast op termijn(?) voor problemen zorgen.
Persoonlijk zou ik, als er toch niet veel kabel vereist is, de kabels kopen. Dan hoef je niet te investeren in een tang en ben je zeker dat de kabels werken. (De eerste kabel die je maakt mislukt toch.)
Langs de andere hand: Als je veel kabel wil gaan installeren, is de inverstering en de moeite zeker terug te verdienen.
De keuze is dus aan jou. (Als je je kabel koopt, mag je dit hoofdstuk natuurlijk overslaan.)
Benodigdheden
Allereerst heb je de connectoren nodig en een speciale tang. (Crimp tool.)
Vele tangen hebben een voorziening om de buitenste isolator van de netwerkkabel te strippen. Ik verkies echter om het met een breekmesje te doen...
Op de foto zie je een breekmesje, een crimp tool (tang), de twee uiteinden van de kabel, RJ-45 conectoren voor een STP kabel (boven), RJ-45 connectoren voor een UTP kabel (onder).
Het enige verschil tussen beide connectoren is dat de buitenkant van de STP connectoren elektriciteit geleidt.
Let erop dat je connectoren ook de juiste categorie hebben! Het zal niet (goed) werken als je Cat. 5 kabel met Cat. 3 connectoren gebruikt.
LET OP!
Lees, VOOR je ook maar iets begint, deze tekst (Dus ook de andere hoofdstukken) helemaal door. Ze bevat belangrijke richtlijnen i.v.m. de geldigheid van een netwerk. (Te korte of te lange kabels e.d..)
Welke draden waar?
We hebben al aangehaald dat de kleur samenhangt met het draadpaar.
(Voor de vergeetachtigen:1=blauw, 2=oranje, 3=groen, 4=bruin.)
Maar welk draadpaar moet nu waar geconnecteerd worden?
Het antwoord is: Iedere techniek heeft zo zijn eigen kleurcode en systeem, maar omdat je je UTP kabel voor zo veel mogelijk toepassingen zou kunnen gebruiken, is er een speciale standaard: TIA/EIA-568 (ook wel: T568)
Omdat men momenteel aan de "B"-revisie van deze standaard zit, is dat ook de revisie die we zullen gebruiken.
TIA: Telecommunications Industry Association
EIA: Electronic Industry Association
TIA/EI1 568-B is ook bekend onder de naam: "Commercial Building Telecommunications Wiring Standard."
Om een 10BaseT of 100BaseTX netwerk aan te leggen heb je eigenlijk maar 2 van de 4 draadparen nodig. (Paar 2 en 3, Oranje en groen.) Een 100BaseT4 netwerk gebruik dan weer alle 4 de draadparen. (Op een speciale manier.)
Omdat 10BaseT of 100BaseTX hetgene is dat het meest voorkomt, zou je in feite de 2 resterende draadparen voor andere doeleinden kunnen gebruiken. (Telefoon, andere netwerkkabel, ...) Dit is echter af te raden. Het kan voor storingen zorgen en je netwerkkabel is niet meer compatibel met andere systemen.
Het is dus aan te raden om de T568B standaard te volgen zodat je je kabel kan gebruiken op bijna iedere soort van netwerksystemen.
Dit is hetgene je moet onthouden uit TIA/EIA-568-B:
De draadparen worden dus NIET in volgorde geconnecteerd! Draadpaar 1 zit in het midden en draadpaar 3 zit aan weerszijden van paar 1!
En ja, dit is zeer belangrijk.